Vanaf eind januari 1945 maakte de Gewestelijke Sabotageafdeling van de Binnenlandse Strijdkrachten in de Zaanstreek rapporten over hun ondergrondse doen en laten. Ze geven een goed beeld van de chaotische laatste oorlogsmaanden in de regio. Op meitotmei.nl zijn alle rapportages te vinden, met […] soms wat duiding.
Deel 21: Gehoorzaamheid.
21 April 1945.
Het onderstaande bevel moet door de Kern Cnt. [commandanten] aan hun manschappen medegedeeld worden:
Met verwijzing naar mijn bevel d.d. 16 dezer. S 1-2, No. 39N, deel ik U mede, dat door den C.-BS [commandant van de Binnenlandse Strijdkrachten] werd bepaald:
dat aan alle leden van de BS door hun Commandant moet worden medegedeeld, dat zij onder de tucht van de BS staan en derhalve gehoorzaamheid verschuldigd zijn aan allen, die in hiƫrarchiek verband boven hen staan. De betreffende mededeling moet als volgt luiden:
1. Ingevolge daartoe verstrekte last van den CBS (Z.K.H. Prins Bernhard) wordt aan de leden van de BS medegedeeld: dat ieder lid staat onder de tucht van de BS en mitsdien volstrekte gehoorzaamheid verschuldigd is aan allen, die in hiƫrarchiek verband boven hen staan,
2. Het niet in acht nemen van deze gehoorzaamheid kan worden gestraft,
3. Degenen, die bezwaar hebben zich aan deze tucht te onderwerpen, dienen zich in het belang der BS uit haar rijen terug te trekken.

Voorts deel ik U mede:
dat de CBS aan den CBS de bevoegdheid heeft verleend om in ernstige gevallen van insubordinatie en misdragingen alle maatregelen – tot zelfs doodschieten toe – bij wijze van straf te treffen.
Ik moge U verzoeken voor de bekendmaking van het bovenstaande het nodige te verrichten.
De G.C.-S.G.-G. 11 [de gewestelijk commandant van de strijdende groepen in Gewest 11, Johan Wastenecker].
Gezien: Ko [GSA-commandant Jan Brasser uit Krommenie].