Verhalen over de Tweede Wereldoorlog

Politiek zwerver Willem Stam: van communistisch verzetsman tot Boerenpartij-ideoloog

Geen Nederlandse politicus die zo vaak naar een andere partij overstapte als Willem Stam uit Wormerveer. Begonnen als communistisch verzetsstrijder bevond hij zich 25 jaar later aan de andere kant van het politieke spectrum, waar hij – even – de ideoloog werd van de Boerenpartij.

In 2008 wijdt Henk Hofland – negen jaar eerder door zijn collega’s bestempeld tot dé Nederlandse journalist van de twintigste eeuw – in het radioprogramma OVT een gesproken column aan zijn vriend Willem Stam (Wormerveer, 16-11-1922). Hij noemt Stam een man met een diepe weerzin tegen alles wat zich als gezag aandiende’. Dat Hofland daarin gelijk heeft, blijkt wel uit het onderstaande overzicht. Dat vangt aan met de strijd van deze dwarse Zaankanter tegen het nazistisch gezag tijdens de oorlog.

Henk Hofland noemt Stam een man met een diepe weerzin tegen alles wat zich als gezag aandiende’.

Communistisch verzet

Stam is nog geen twintig wanneer hij in zijn woonplaats toetreedt tot het communistisch verzet. Althans, dat valt op te maken uit een artikel in het Nieuwsblad voor Castricum en Omstreken (1966). Volgens deze krant heeft Stam amper zijn HBS-examen afgesloten als hij terechtkomt in de links georiënteerde Raad van Verzet. Dat gebeurt volgens de verslaggever van dienst in 1941. Merkwaardig, want de gewapende strijdgroep RVV ontstaat pas twee jaar later. Hetzelfde Nieuwsblad meldt dat Stam in 1943 overstapt naar de studentenverzetsgroep rond het illegale blad De Vrije Katheder. Een jaar later treedt hij onder de schuilnaam Piet van den Berg toe tot de verzetsbeweging Beverwijk, ‘als invaller voor een gearresteerde verzetsman’. Het zijn schaarse aanwijzingen over Stams inzet voor een vrij Nederland. Wel circuleren er binnen de familie Stam nadien verhalen waaruit naar voren komt dat Willem onverschrokken is, onder meer het spoor saboteert en het communistische blad De Waarheid verspreidt. De werkplaats van zijn vader, nabij het Wilhelminapark, zou als wapenopslag hebben gefungeerd.

Vrijheid-blijheid

In 1967 besteedt Stam zelf ook wat aandacht aan de oorlogsjaren. In zijn boekje Vrijheid-blijheid! Een openhartige rechtse ontboezeming geeft hij details prijs over zijn inzet tussen 1940 en 1945. Een paar citaten. ‘Ik kwam met de marxistisch georiënteerde verzetsbeweging in de Zaanstreek in aanraking, nadat ik eerst enige tijd contact had gehad met een verzetsorganisatie van oud-militairen in Zaandam. Het bleek al gauw dat deze organisatie niet voor daadwerkelijk verzet geïnteresseerd was, maar zich ten doel stelde na de oorlog de continuïteit van het vorstenhuis en andere nuttige instellingen te verzekeren. Hoewel ik op zich niets op dit streven tegen had, vond ik het uitbrengen van een eed op de koningin met de hand op een roestige sabel wat theatraal. Ook vond ik dat er bij de uiterste geheime bijeenkomst op zaterdagmiddag wat te veel fietsen voor de deur stonden, hetgeen in de buurt niet onopgemerkt kon blijven.’

Timmerman

Via een timmerman, die onder de bijnaam Hein de Deen bij zijn vader werkt, komt Stam naar eigen zeggen in 1942 terecht bij de – zoals gemeld, nog niet opgerichte – Raad van Verzet. Hij blijkt slecht op de hoogte van de omvangrijke illegaliteit in de Zaanstreek, want hij noemt de RVV ’toenmaals vermoedelijk de enige actieve verzetsgroep in de Zaanstreek’. Volgens Stam overwint hij, ‘zoon van een uitbuiter van bouwvakarbeiders’, het wantrouwen bij de linkse RVV door belangrijke hoeveelheden dynamiet los te peuteren bij zijn eerdere strijdmakkers. Hij wijdt uit over een vriend, ene Kees, ‘een technisch clevere knaap, die op mijn verzoek een simpel apparaat ontwierp, waarmee de zwaarste goederentreinen met gemak uit de rails konden worden geworpen’. Het apparaat is geen succes. ‘In een maanloze nacht bleek dat niet mee te vallen en bovendien patrouilleerden de Duitsers regelmatig en wanneer je met je vingers aan de rails zat vroegen ze niet of je soms wat uit de trein had laten vallen, maar dienden je onmiddellijk een blauwe boon toe.’

CPN

Willem Stam beweert al tijdens de oorlog in te zien dat de Communistische Partij van Nederland niet deugt. ‘Ik besloot mijn bevindingen op papier te zetten, waar ik nooit veel moeite mee heb gehad, en deze via onze contactman door te sturen naar de illegale leiding in Amsterdam. Als eindconclusie was vermeld dat de CPN ten snelste moest worden opgeheven, aangezien het Nederlandse volk deze organisatie met zijn azijnzure verleden toch nooit zou pruimen. In spanning wachtte ik daarop het moment af dat ik naar Amsterdam ontboden zou worden teneinde de algehele leiding van de Raad van Verzet over te nemen. Om de tijd te korten schreef ik nog een artikel voor De Waarheid, waarin ik Koningin Wilhelmina verdedigde tegen een laffe aanval van een zekere [H.P.] Van den Aardweg in de gelijkgeschakelde Zaanlander, en stuurde die achter mijn analyse aan, teneinde te illustreren dat wij als RVV tact en loyaliteit wilden betrachten. Het antwoord liet inderdaad niet lang op zich wachten. Een speciale koerier kwam melden dat ik wegens “rechts opportunisme” op staande voet uit de rijen werd verwijderd en door elke rechtgeaarde linkse verzetsman moest worden gemeden als een bijzonder gevaarlijk heerschap.’

Feiten

Stam heeft niet alle feiten op orde. De Raad van Verzet bestaat nog niet wanneer hij zich daarbij zegt te hebben aangesloten. En ook de eerste jaren na de oorlog hangt hij nog de communistische beginselen aan, in weerwil van wat hij in Vrijheid-blijheid! schrijft. Maar dat hij actief was binnen onder meer de RVV staat wel vast, bevestigen meerdere voormalige kameraden.

De in de Communistische Partij van Nederland geïnfiltreerde Binnenlandse Veiligheidsdienst noteert dat Stam ’tijdens de bezettingstijd lid was van de illegale CPN’.

BVD

Wanneer Willem Stam via de Boerenpartij in 1966 landelijke bekendheid krijgt, realiseren sommige Zaanse CPN’ers zich dat het een voormalige strijdmakker betreft. De in de Communistische Partij van Nederland geïnfiltreerde Binnenlandse Veiligheidsdienst noteert bij monde van communistisch kopstuk Dirk Reurslag dat Stam ’tijdens de bezettingstijd lid was van de illegale CPN. Stam was toen student en gaf o.a. t.h.v. Piet Verwer in Wormerveer ideologische scholing aan een communistische cel.’

Marcus Bakker

Nell de Bock-Luiting, die zich tussen 1940 en 1945 bezighoudt met illegale bladen en de hulp aan onderduikers, laat weten ‘dat zij hem goed kende in de oorlogsjaren. Stam werkte volgens mevrouw De Bock-Luiting voor de RVV en als zodanig kwam hij in de oorlog vrij dikwijls bij haar thuis.’ CPN-aanvoerder Marcus Bakker kan zich in 1966 herinneren samen met Stam de Zaandamse hbs te hebben bezocht ‘en daardoor een goede bekende van hem was. Hij noemde Stam bijzonder intelligent en zei dat deze in vijf jaar zijn studie als landbouwkundig ingenieur had volbracht.’ Het is ook Bakker bekend ‘dat Stam in de laatste jaren van de bezetting deel uitgemaakt had van de communistische Raad van Verzet en nog wel van de z.g. “Kraakploeg”.

Marcus Bakker (links) in juni 1945 (Gemeentearchief Zaanstad).

Binnenlandse Strijdkrachten

Na de bevrijding worden Willem en zijn broer Freek met ongeveer 110 andere mannen, vooral Wormerveerders, ingedeeld bij de Binnenlandse Strijdkrachten in hun regio. Ze zijn lid van de vierde Compagnie van District VI (de Zaanstreek), Gewest 11 (Noord-Hollands Noorderkwartier). Het lidmaatschap duurt slechts een paar maanden. Willem kan daarna eindelijk beginnen aan een ingenieursstudie.

Geheime dienst

Zijn marxistische achtergrond is voor de Nederlandse geheime dienst reden om Willem Stam na de oorlog in de gaten te houden. Wanneer hij in 1946 voorzitter wordt van het Politiek Wetenschappelijk Dispuut Gezelschap (eind van dat jaar omgezet in de Progressief Democratische Studenten Vereniging) brengt de Inlichtingendienst Delft meermalen in het geheim verslag uit over deze organisatie. Stam woont dan overigens niet meer in Wormerveer, maar in de Delftse Madoerastraat.

Zijn marxistische achtergrond is voor de Nederlandse geheime dienst reden om Willem Stam na de oorlog in de gaten te houden.

Wanneer precies is onbekend, maar uit zijn CV valt op te maken dat Willem Stam eind jaren ’40 of begin jaren ’50 de overstap maakt van het communisme naar de sociaaldemocratie. Volgens Marcus Bakker gebeurt dat niet meteen na de bevrijding. Uit Stams BVD-dossier: ‘Vlak na de bezetting zou Stam zich aangesloten hebben bij het ANJV [het communistische Algemeen Nederlands Jeugd Verbond], terwijl hij als student, onder een pseudoniem, lid zou zijn geweest van de CPN.’ Hij meldt zich op enig moment als sympathisant bij de PvdA. Niet voor lang overigens. In 1955 of ’56 kiest hij voor de VVD. Die voldoet ’tot hij ook daarvan genoeg kreeg’, zoals hij zelf meldt in de door hem geschreven brochure De Boerenpartij, een politieke verkenning. Op enig moment verwelkomt de PSP hem, aldus zijn CV. Maar ook deze linkse partij bevalt hem blijkbaar onvoldoende. In 1965 verbindt hij zich aan de Boerenpartij.

Het Parool, 29-9-1966.

Partij-ideoloog

De zeven jaar eerder door Hendrik Koekoek opgerichte Boerenpartij behaalt bij de Provinciale Statenverkiezingen van 1966 maar liefst 44 zetels. Datzelfde jaar verovert de partij twee zetels in de gemeenteraad van Castricum. Een daarvan is voor Willem Stam, die sinds 1960 met echtgenote Eva in Bakkum woont. Hij boekstaaft zijn gedachten over de rol van de relatieve nieuwkomer in het politieke bestel. Het levert hem binnen en buiten de door weinig intellectuelen gehinderde Boerenpartij de eretitel ‘partij-ideoloog’ op. De Telegraaf noemt hem in juni 1966 ‘de coming man‘ van de Boerenpartij. Volgens dagblad Trouw is hij ‘de intellectuele woordvoerder van het Koekoekianisme’. En Het Parool betitelt hem als ‘Het-Brein-Van-De-Boeren’. Heel even is Stam de rijzende ster van de snel gegroeide tegenbeweging.

De Telegraaf noemt hem in juni 1966 ‘de coming man‘ van de Boerenpartij.

Het momentum vervliegt wanneer hij zich openlijk keert tegen enkele oud-nazi’s binnen de partij en het zwakke leiderschap van boer Koekoek. Zijn vriend Henk Hofland: ‘Stam was ontevreden over de prestaties van Koekoek. Hij stelde mij voor bij hem op huisbezoek te gaan. Graag. We reden naar de boerderij in Bennekom. Op het erf liepen een paar neerslachtige geiten. We werden met wantrouwen begroet, kregen een kop koffie waarop het dikste vel zat dat ik ooit op een kop koffie heb gezien. Van het gesprek herinner ik mij niets. Kort daarop verliet Stam de partij.’

KRO-verslaggever Frits van der Poel interviewt Willem Stam na een rumoerig verlopen Noodraad-vergadering in Blaricum, 27-9-1966 (Nationaal Archief).

Noodraad

Voordat het zover komt, doet Stam met een aantal medestanders een poging om via een zogenaamde Noodraad het democratisch gehalte van de Boerenpartij op te vijzelen. In het najaar van 1966 escaleert het conflict. Op 11 oktober worden de leden van de Noodraad geroyeerd. Stam treedt die maand uit de Boerenpartij en begint onmiddellijk een nieuw avontuur: Progressief Rechts. Deze partij met landelijke ambities wordt geen succes en zal niet aan verkiezingen meedoen. Zijn afscheid van de Boerenpartij is voor Stam overigens geen reden om zijn lokale zetel af te staan. Hij zal tot 1974 raadslid blijven in Castricum.

Willem Stam, getrouwd en vader van twee kinderen, ontpopt zich als een bezige baas. Naast zijn politieke werk leidt hij in Bakkum een ingenieursbureau en een manege. Ook mag hij eind jaren ’60/begin jaren ’70 columns schrijven in De Telegraaf. Ze schieten alle kanten op, van zijn vakanties in Spanje tot de opkomst van Richard Nixon (‘In de komende jaren zal blijken dat Nixon (…) kan groeien tot een van de grootste presidenten die de Amerikaanse historie telt.’). Gemene deler is dat de teksten bijna altijd gericht zijn tegen de linkse goegemeente.

Raad en College van B&W van Castricum in 1968. Staand op de achterste rij achter de burgemeester Willem Stam.

Alweer een partij

In februari 1970 lijkt Stam betrokken bij de oprichting van alweer een nieuwe partij, de Amsterdamse Belangen Combinatie. ‘Oprichters van ABC zijn: Arie Elpert, beter bekend als Haring-Arie (lijstaanvoerder), Ir. W. Stam (oud-lid van de Boerenpartij), de fotograaf Cor Jaring en de ex-rookmagiër Robert Jasper Grootveld’, bericht dagblad De Tijd. Op het programma staan ‘een betere bestrijding van de luchtverontreiniging, het scheppen van meer leefruimte en een streven naar latere sluitingstijden voor de cafés.’ Stam ontkent even later in felle bewoordingen zijn betrokkenheid. Het is een uit de hand gelopen grap tussen een groep drinkebroers van het Amsterdamse café Scheltema. Van ABC wordt daarna niets meer vernomen.

In februari 1970 lijkt Stam betrokken bij de oprichting van alweer een nieuwe partij, de Amsterdamse Belangen Combinatie.

Eveneens in 1970 plaatst Castricums Belang hem als nummer 2 op de kandidatenlijst voor de gemeenteraadsverkiezingen. De partij haalt drie zetels en Stam kan zijn politieke carrière dus voortzetten. Maar al in november van dat jaar geeft hij zijn zetel op (Trouw: ‘Wegens drukke werkzaamheden of iets dergelijks.’). Niet voor lang overigens. In de zomer van 1972 kan hij terugkeren in de raadszaal. Hij krijgt in die periode een rechtszaak wegens laster aan zijn broek. ‘Een lastpak die een dreun verdient’, typeert de Officier van Justitie hem, vlak voordat hij een boete van zesduizend gulden (de helft voorwaardelijk) eist. De rechter gaat uiteindelijk niet verder dan vijfhonderd gulden.

Tweede Kamer

In oktober 1972 maakt Stam bekend mee te doen aan de Tweede Kamerverkiezingen, zij het slechts in twee kieskringen en met alleen zichzelf op de kandidatenlijst. De Telegraaf: ‘Ingenieur Stam wil, als Noord-Holland hem in de Kamer kiest, “dwars door de boerenkool heen”. In het parlement zitten volgens hem veel domoren die hij graag eens te kijk zou zetten.’ Lijst-Stam haalt ruim 1500 stemmen, oftewel 0,02% van het electoraat. Het is het slotakkoord van zijn vele politieke hinkstapsprongen.

Henk Hofland

Het laatste woord is voor Henk Hofland, die zijn vriend meermalen opvoert in zijn NRC-columns. ‘Hij woonde in Castricum, reed in een grote Amerikaan, en stoorde zich niet aan de maximum snelheid. Een keer in de week gingen we lunchen in Dorrius, toen nog vlakbij het Spui. Op een van die zittingen vertelde hij mij dat als hij weer eens diep ontevreden was met de maatschappij, hij zijn paard zadelde en door de duinen van Castricum galoppeerde. Dat bracht zijn ziel tot rust. (…) Maar opeens was hij verdwenen: uitgeweken naar Spanje, werd er gezegd.’ Willem Stam verlaat Nederland, inderdaad, in 1975. Hij betrekt een woning op het Iberisch schiereiland. Daar overlijdt hij op 20 september 1981 in Fuengirola, aan de Costa del Sol. Levercirrose in combinatie met een hartstilstand wordt de enthousiaste drinker fataal. Het aantal partijen en politieke bewegingen waaraan Stam zich in drie decennia verbindt blijft steken op tien stuks.

Zijn politieke zwerftocht van uiterst links naar behoorlijk rechts doet een beetje denken aan die van Pim Fortuyn en Rita Verdonk.

Willem Stam en KRO-verslaggever Frits van der Poel in september 1966 (Nationaal Archief).

Zijn politieke zwerftocht van uiterst links naar behoorlijk rechts doet een beetje denken aan die van Pim Fortuyn (ooit communist en vervolgens lid van de PvdA, VVD, Leefbaar Nederland, Leefbaar Rotterdam en LPF) en Rita Verdonk (PPR, PSP, VVD en TON). Ook zij schoven met tussenstappen van de ene naar de andere flank. Maar zoveel partijen als Stam versleten zij niet. Resteert de vraag: was er ooit een Nederlander die meer politieke schepen achter zich verbrandde dan Willem Stam?
(Artikel met dank aan Anke Snoek.)

Waardeer dit artikel!

Als je dit artikel waardeert en dit wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan! Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand te houden.

ValutaBedrag





Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.