Hongertocht van Friesland naar Zaandam en terug (8)

In januari 1945 reisden twee Zaandamse bankmedewerkers naar Friesland in een wanhopige poging om aan eten te komen voor de leden van de Gereformeerde Kerk in hun woonplaats. Met teksten en tekeningen legden ze hun wekenlange hongertocht per schip vast in een bijzonder dagboek. Deel 8: Aardappelen en rapen.

DINSDAG 16 JANUARI

Naar Leeuwarden. Er stond een flinke wind die naarmate het middag werd aanwakkerde en ons een zware terugtocht veroorzaakte. Het doel was de Heer Hettema, teneinde te trachten een partij kaas van hem te verkrijgen. Bij de bespreking die volgde zegde hij toe pogingen in het werk te stellen om een partijtje op te pikken. Terug in Dronrijp bleek ons dat v.d. Rijt, die naar Zaandam gegaan was, nog niet terug was. Hij arriveerde eerst ’s avonds laat in het bijzijn van Mej. Mulder van Zaandam.

WOENSDAG 17 JANUARI

‘Schoutendorp heeft nog steeds duistere plannen met de “Henderika”.’

Eerst naar de booten om eens polshoogte te nemen hoe het met het laden stond. Het vorderde tergend langzaam. Pier kwam juist melk halen uit de melkfabriek en vertelde ons dat Schoutendorp nog steeds duistere plannen heeft met de ‘Henderika’. Onmiddellijk naar Franeker. Onderweg beraamden we onze maatregelen die we zouden moeten nemen. We kochten bij de landkoopman Anema een kwantum extra aardappelen en betaalden deze, lieten de cognossementen op naam van de Gereformeerde Kerk en de V.B.N.A. stellen en wachtten op de dingen die komen zouden. Onze maatregelen bleken niet overbodig, want toen het schip van v. Bergen vol geladen was, kwam de sleepboot van Wessanen om het schip te halen. Ze konden hem evenwel niet meenemen, want v. Bergen had geen officieele papieren.

Nadat we de goederen uit de Factorij in de ‘Henderika’ hadden geladen, gingen we terug naar Dronrijp, waar we v.d. Rijt eindelijk bezig vonden de bak eens goed schoon te maken. ’s Middags om 4 uur bracht Ragetlie een reeds lang gekoesterde wensch in vervulling en vertrok op de fiets naar Heeg om eens voor eigen rekening te fourageeren. Eerst den volgenden dag in den avond kwam hij terug, rijk beladen en geholpen door een gehuurd mannetje.

DONDERDAG 18 JANUARI

Er werd dien dag flink aardappelen geladen. Maar het bleef niet bij aardappelen. Een paar ton Friesche rapen moesten in de zijgangen worden weggewerkt, hetwelk K.[untz] een bad van transpiratie bezorgde en hem het aanzien gaf van een grondwerker.

‘Er werd dien dag flink aardappelen geladen. Maar het bleef niet bij aardappelen.’

Bovendien arriveerden juist de zendingen uit het Noorden. Aangezien het vertrek van onze booten nog niet vast stond, achtte M. het raadzaam deze goederen voorloopig op te slaan en zond [hij] de vrachtwagens door naar de boerderij van Bonga. Hier vond de voor ons zoo waardevolle zending een veilig plaatsje.

Waardeer dit artikel!

Als je dit artikel waardeert en dit wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan! Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand te houden.

ValutaBedrag





Plaats een reactie

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.