In mei 2016 schreef ik dat het Holocaust Namenmonument waarschijnlijk voor eeuwig ‘under construction‘ zou zijn. Vijf jaar later nadert het herdenkingsproject in de Amsterdamse Weesperstraat eindelijk de voltooiing. De stenen met daarin de namen van 102.000 vermoorde joden, Roma en Sinti zijn gebakken en deels al bevestigd. Met, zoals gevreesd, de nodige fouten. Vijf voorbeelden, op basis van een bescheiden steekproef.
“Bij het eerbetoon aan deze mensen mogen geen fouten worden gemaakt”, schreef de Volkskrant op 28 april 2021. “En toch is dat onvermijdelijk, denkt Jacques Grishaver, voorzitter van het Nederlands Auschwitz Comité en initiatiefnemer van het Namenmonument.” Dat had te maken met de schaal van de genocide en de hiaten in de archieven. Het is ook de reden dat de stenen die in de muur komen verlijmd in plaats van gemetseld worden, en dus relatief makkelijk te vervangen zijn. Verder wordt er een lege ‘reservemuur’ gebouwd en houdt de organisatie maar liefst 40.000 blanco stenen achter de hand.
Het Auschwitz Comité was er duidelijk over. “De namen die op het Holocaust Namenmonument zullen worden vermeld, zijn van Joden die vanuit Nederland zijn vervolgd en gedeporteerd, alsmede gedeporteerde Nederlandse Joden woonachtig in andere landen, die in naziconcentratie- en vernietigingskampen zijn vermoord, alsook zij die zijn omgekomen tijdens transporten en dodenmarsen waar geen graf van bekend is.”
Amateurhistoricis Dennis Koopman verdiepte zich vanwege zijn eigen familiegeschiedenis in het namenbeleid en uitte in de Volkskrant zijn twijfels over negenhonderd namen in de database van het Holocaust Namenmonument. Hij ontdekte in deze database onder meer negen namen van slachtoffers die geen jood, Roma of Sinti waren. Er zaten namen tussen van mensen die op een erebegraafplaats liggen en dus wel degelijk een graf hebben. “Hetzelfde geldt voor het gros van de ongeveer zeventig mensen die tijdens de bezetting in het doorgangskamp Westerbork -meestal aan ziekte of ouderdom- zijn overleden”, schreef de Volkskrant. Hun gecremeerde stoffelijke resten werden bijgezet op de joodse begraafplaats in Diemen. Toch krijgen ook zij een vermelding op het Namenmonument.
Een andere amateurhistoricus, Jim Terlingen, stoort zich al jaren aan de fouten op het Utrechtse monument voor de Shoah-slachtoffers. Op dat gedenkteken voor 1200 slachtoffers ontdekte hij -het is een tussenstand- 82 fouten. Hij vraagt zich dan ook af of het monument in de Weesperstraat niet beter gemodelleerd had kunnen worden naar het Holocaust Mahmal in Berlijn. Dat is een collectie stenen zonder namen.
Zaanstreek
De database van het Holocaust Namenmonument staat op internet. Dat maakt een vergelijking mogelijk met de Holocaustslachtoffers die vermeld staan op het het Joods Monument Zaanstreek, de regio waar ik woon. Zouden aan de hand daarvan, en op basis van de onderliggende primaire bronnen, net als in Utrecht fouten te ontdekken zijn? En zo ja, wat voor en hoeveel?
Uitgaand van de criteria die het Auschwitz Comité hanteert, betreft het in de Zaanstreek zo’n 180 namen. Ook de drie Zaankanters die in Westerbork stierven, krijgen -ondanks de gehanteerde criteria- een vermelding op het Namenmonument. Dat is verwarrend. De in Amsterdam ‘verzelfmoorde’ Bernard Eisendrath zal er namelijk niet worden vermeld. Dat geldt eveneens voor zijn door de nazi’s in de hoofdstad doodgeschoten familielid Paul Juchenheim. In de woorden van Jacques Grishaver: “Het gaat echt alleen om mensen die zijn omgekomen ten gevolge van Shoah, en die geen graf hebben. Je moet ergens een lijn trekken.” Hoe dat dan rijmt met de Westerbork-slachtoffers wier laatste rustplaats bekend is, is me niet duidelijk.
Fouten
Dan zijn er de fouten in de database van het Namenmonument. Ik telde er vijf, nog steeds uitgaand van de 180 Zaanse namen.
1. In de database, en dus (vooralsnog?) op het Namenmonument, ontbreekt Fajga Rozenszajn-Korn (1906). Hoewel de Oorlogsgravenstichting vaststelde dat ze op 7 juli 1944 stierf in Auschwitz is er voor deze Poolse vluchtelinge geen, maar voor haar gelijktijdig en in hetzelfde kamp vermoorde zoon Leo wel een steen in de Weesperstraat.
2. Dat er verwarring bestaat over de achternaam van een ander vluchtelingenechtpaar, eveneens afkomstig uit Polen, valt te begrijpen. Is het Jacoby, Jakoby of wellicht zelfs Jacobi? Maar welke van de drie de burgerlijke stand ook noteerde, het kan niet zo zijn dat Rückla na haar huwelijk Jacoby heette en haar man Heinz de achternaam Jakoby droeg, zoals straks te lezen is op het Namenmonument.
3. Mietje Cohen (1927) uit Koog aan de Zaan stierf volgens de Namenmonument-database op 4 juni 1943 in Sobibor. In werkelijkheid was dat een maand eerder, op of rond 7 mei 1943. Haar gezinsleden werden ook op die laatste datum vergast en staan wel correct vermeld.
4. Erna Littwitz-Fabian (1897) werd begin juli 1944 vanuit Theresienstadt doorgestuurd naar Auschwitz. Het is dus onmogelijk dat ze, zoals wordt vermeld op de Namenmonument-database, daar op 1 januari 1944 stierf. Veel logischer is 7 juli 1944, de dag dat ook haar man en schoonmoeder in Auschwitz zijn vermoord.
5. Samuel IJzerkoper (1881) uit Zaandam ontbreekt in de database. Er is wel een naamgenoot van hem te vinden, maar dat is een veel jongere man. Samuel werd samen met zijn echtgenote Dina op 5 februari 1943 vermoord in Auschwitz.
Het betekent dat een kleine 3% van de Zaanse omgebrachte joden niet of niet helemaal goed in de database van het Holocaust Namenmonument staan. Vertaald naar heel Nederland komt dat uit op ongeveer drieduizend fouten. Dat is een aanzienlijk aantal. De komende jaren zullen er in de Weesperstraat heel wat stenen vervangen of zelfs toegevoegd moeten worden.
2 gedachten over “Fouten op het Namenmonument”
Heel goed dat er door diverse mensen onderzoek is en wordt gedaan naar de correctheid van vermelde namen.
De burgelijke stand heeft in de vorige eeuw verschrikkelijk veel fouten gemaakt bij het inschrijven van nieuw geboren kinderen en ook geweigerd dit later te corrigeren.
Al met al vind ik dit artikel te negatief over dit geweldig goed geslaagde project, dat ook van groot educatief belang is.
En zoals geschreven: Het Namenmonument zal misschien wel nooit “af” zijn, wat ook de bedoeling is. Een levend monument in het hart van onze stad.
Beste Rami, ik ben het met je eens. Kritiek leveren is makkelijk maar ga er maar aan staan, dit is echt een moeilijke klus. Het verzet heeft ook bewust namen van Joden ‘ uitgewist’. Zie het als een work in progress waar we mee bezig moeten blijven. Zo blijft er aandachtig voor de slachtoffers.