Verhalen over de Tweede Wereldoorlog

De Zaanse liquidaties: Meine van Manen

Meine van Manen (Smallingerland, 9-2-1920/Wormerveer, 26-1-1945)

Tijdens de Tweede Wereldoorlog brachten Zaanse verzetsstrijders meer dan twintig collaborateurs, zwarthandelaren en andere gevaarlijk geachte personen om het leven. In mijn boek Korte metten. De Zaanse liquidaties (1940-1945) worden deze liquidaties uitgebreid beschreven. Ook de mislukte en verzonnen aanslagen alsmede de dilemma’s die deze beslissingen over leven en dood met zich meebrachten komen in Korte metten uitgebreid aan bod. Het 148 pagina’s tellende boek is te bestellen in de boekhandel en via Bol.com.
Hieronder het hoofdstuk over de eliminatie van Meine van Manen.

In 1946 maakte een vertegenwoordiger van de Zaandamse Knokploeg een overzicht van veertien ge- en mislukte aanslagen in de regio. Bij de datum 26 januari 1945 staat: “Mijndert uit Zaandam (onderwereld) terechtgesteld.” Het Nationaal Archief beschikt over een in juli 2000 opgesteld overzicht met acht namen van mannen ‘geliquideerd door het Zaanse verzet’. De maker van de lijst is onbekend, het laatstgenoemde eliminatieslachtoffer is ene Meine Vermanen. Over deze Vermanen wordt vermeld: “Ex-marechaussee uit Friesland. Was geïnfiltreerd in het Zaanse verzet. Werd geschaduwd door het verzet (H.L.) tijdens het uitwisselen van tassen op het Damrak in Amsterdam. Is onder het mom van overplaatsing naar een groep in de kop van Nrd.-Holland tussen Wormerveer en Uitgeest geluidloos geliquideerd en in de berm van de Prov. Weg begraven in een oude winterjas van de vader van Piet. Het lusje (een kettinkje) van de jas is later bij het verbreden van de Prov. Weg teruggevonden.” In een bewaard gebleven overzicht van liquidaties in en om de Zaanstreek is een vrijwel gelijkluidende naam te vinden: “M. van Manen.” In alle drie de gevallen betreft het de uit Drachten afkomstige Meine van Manen.

Meine van Manen.

De genoemde ‘H.L.’ was de Zaandamse compagniecommandant Henk Langendijk. Een kleinzoon van Johannes Gerardus de Wit herinnert zich dat zijn grootvader Van Manen meermalen had ontmoet. De Wit werkte onder supervisie van Langendijk. Het viel hen op dat Van Manen, die medio 1944 een rol kreeg binnen het Zaanse verzet en in Langendijks huis aan de Zaandamse Ringweg was ondergebracht, wel heel veel wist van Duitse wapens. Hij kon deze ook blindelings (de-)monteren. In januari 1945 is de oud-wachtmeester bij de politie geschaduwd toen hij met de Zaandammer boot naar Amsterdam reisde. Hij bleek daar naar het SD-hoofdkwartier te gaan. Daarop volgde het besluit om hem te doden. 

Hollandse SS’er

Aanwijzingen die aanvullend licht werpen op Van Manen zijn te vinden in een notitie van de Wormerveerse RVV-commandant Henk de Wit (die bij veel meer liquidaties betrokken was): “Meindert [sic] was NSB’er, Holl. SS, waterschutspol. Werd door de SD geïnfiltreerd als onderduiker in de illegaliteit. Heb alles bekent [sic] voor het vonnis.” Dat vonnis werd mede voltrokken door de Zaanse verzetsman Jan de Jong. In de nalatenschap van Henk de Wit duikt overigens een paar keer een verwijzing op naar een ‘Hollandse SS’er’ die gedood zou zijn.

Het helderst over deze man is De Wit in zijn nagelaten memoires. Daarin heet Meine opeens Manus, afkomstig uit Haarlem. De man ‘wilde niet terug naar Duitsland’ waar hij blijkbaar tewerkgesteld was en werd daarom ‘ingezet in het Lager (een lege houtloods van William Pont aan de haven te Zaandam, waar meerdere onderduikers helpen in beslag en gevorderde etenswaren in porties klaar te maken voor legale en illegale personen)’. Volgens De Wit was het een ‘voortreffelijk’ werker, maar maakte hij de fout om te informeren naar leidinggevende personen binnen de illegaliteit. “Dan ging hij op afstand op de fiets achter deze personen aan en nam op waar zij woonden. Ook gaf hij aan de onderwereld door waar goederen opgeslagen waren. Twee man van de onderwereld werden gepakt door jongens die de goederen bewaakten.” Zij noemden Manus als hun tipgever.

Blinddoek

De Wit: “Er werd gevraagd of wij hem wilden arresteren… en dan uit de weg te ruimen!! Wij moesten een paar stukken ijzer, waarmee de treinrail aan de bielzen wordt bevestigd, meenemen en ijzerdraad om die stukken ijzer aan hem vast te binden. Na hem eerst te hebben vermoord, moest hij in de vaargeul van de Zaan gedumpt worden. Omdat hij ook verbinding met de SD zou hebben, moest dit lijken of hij de benen had genomen!” Op een avond rond 19.00 uur haalden De Wit, De Jong en een andere illegaal hem op. “Wij vroegen hem of hij even mee kon gaan. Dit deed hij spontaan. Wij stapten in onze overvalwagen. We zeiden: ‘Manus, je krijgt eerst een blinddoek voor, want je mag niet weten waar je geweest ben als je aanstonds terug komt!'”

V.l.n.r. de BS’ers Henk de Wit, Dirk Tober, Gerrit de Bruin, Jan Brasser en Jan Battum (Foto: Jan Woudt, Koog aan de Zaan).

Op de plaats van bestemming aangekomen onderging Manus een verhoor. “Hij was in 1936 lid geworden van de NSB, in 1942 lid van de Hollandse SS, 1944 bij de Wasserschutzpolizei op het IJsselmeer. Hier namen ze veel goederen in beslag, maar ook personen die geen papieren hadden. Op zekere dag werden ze betrapt dat ze goederen die in beslag genomen hadden verhandeld. Ze werden afgeleverd aan de SD in Amsterdam. Hier kon hij kiezen, of naar het front tegen de Russen of (…) infiltreren als onderduiker in de Zaanstreek, door zoveel mogelijk namen en adressen te verzamelen van leidinggevende personen in de illegaliteit.”

Goed fout

Manus zei bereid te zijn om zijn leven te beteren, maar dat mocht niet helpen. “Hij gaf toe dat hij goed fout was geweest en zou trachten een beter mens te worden. Hij kon niet meer in Zaandam blijven, want nu hij met de SD zou breken zouden ze hem zoeken. Na rijp beraad met ons drieën, was er geen andere keuze! Na zo’n openhartige bekentenis was het moeilijk een besluit te nemen. Er lag 10 cm. sneeuw. Elke druppel bloed zou een roze plek zijn. Tien cm. ijs in de Zaan. De grond was hard en bevroren. Je moest kiezen of delen. Hij of misschien wel 100 andere als er niet iets gedaan wordt. Zulke dingen vergeet je nooit weer!!”

Van Manen is begraven langs de Provincialeweg naast de toenmalige velden van de Koogse voetbalvereniging KFC. Op die plaats werd eind jaren zestig de Coenbrug gebouwd die sindsdien Koog aan de Zaan doorsnijdt. De oude winterjas waarin het slachtoffer na de geslaagde liquidatie werd gewikkeld, zou afkomstig zijn van Piet Lust, een buurman van Joop de Wit. Diens gelijknamige zoon maakte eveneens deel uit van de verzetskern rond Henk Langendijk.

Onderdeel van een vragenlijst van de Oorlogsgravenstichting over Meine van Manen.

Provincialeweg

Na de oorlog deed zijn verloofde pogingen om te achterhalen waar Van Manen was. “Hij heeft veel goeds verricht tijdens de bezetting, wat de Duitsers wel aanleiding kon geven om hem te fusilleren”, schreef ze, onwetend van zijn werkelijke rol, in juli 1945. Het Ministerie van Justitie vermoedde iets anders: “Volgens niet-bevestigde berichten werd hij in de zomer van 1945 wegens anti-Engelse gedragingen en pro-Duitse spionage geëxecuteerd te Wormerveer. Bij navraag bij de burgemeester te Wormerveer en de illegaliteit aldaar bleek omtrent gezochte niets bekend te zijn.” De Koude Oorlog was inmiddels in volle gang, het voormalige communistische verzet had blijkbaar geen behoefte om dit raadsel te helpen oplossen. Het duurde tot 2018 voor duidelijk was dat de voormalige Waffen-SS’er en oud-opperwachtmeester der Staatspolitie Meine van Manen een provisorisch graf had gekregen in de Koogse berm van de Provincialeweg. Wellicht ligt hij daar nog altijd.

Waardeer dit artikel!

Als je dit artikel waardeert en dit wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan! Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand te houden.

ValutaBedrag





Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.