Levie Fles voorspelde al in 1933 griezelig nauwkeurig hoe de toen net aangetreden rijkskanselier Adolf Hitler jaren later zou handelen. Hij voorzag zelfs de inval in Nederland en de Holocaust. Hitler, schreef hij, ‘drijft een deel van zijn eigen staatsburgers op een hoop, om dezen zoo spoedig en zoo radicaal mogelijk met gas te vergiftigen.’ Tragisch genoeg nam vrijwel niemand deze Amsterdamse zakenman en publicist serieus.
Poetin en Trump
Als Vladimir Poetin zegt dat hij een terugkeer wil van Groot-Rusland is het wellicht handig om serieus rekening te houden met zijn expansiedrift. Wanneer Donald Trump volhoudt dat hij Canada de 51-ste staat van de VS maakt en Groenland gaat inlijven, verdient het misschien aanbeveling om die statements niet af te doen als bluf. Autocraten drijven soms hun zin door, ongeacht de gevolgen.
Toen Louis Fles in 1933 voorspelde dat Adolf Hitler uit was op oorlog en alle joden wilde vermoorden, werd hij door velen weggehoond. Slechts weinigen namen zijn doemtijding serieus. Ernaar handelen deed niemand. Inclusief, uiteindelijk, Fles zelf. Zeven jaar later was hij dood. Wat ging er verkeerd?

Slechts weinigen namen zijn doemtijding serieus.
Veranderde voornamen
Levie Jacob Fles – Louis in het dagelijks gebruik – kwam op 19 oktober 1871 ter wereld in Maassluis als zoon van een diamantbewerker en een verkoopster van manufacturen. Als twintiger verhuisde hij naar Amsterdam. Daar trouwde hij in augustus 1896 met Zippora Henriëtte van Straten. Net als haar man veranderde ze haar joods klinkende voornaam. Ze ging als Céline door het leven.
Het echtpaar mocht dan geboren zijn uit joodse ouders, ze hadden niets met het joodse geloof. Louis Fles was een vrijdenkende, atheïstische en antizionistische sociaaldemocraat. Hij was een selfmade zakenman, afkomstig uit een gezin waarin de ouders al vroeg overleden. De jonge wees rondde alleen de lagere school af, maar door cursussen te volgen kreeg hij meerdere talen en het boekhouden onder de knie. Gewapend met die kennis en een helder verstand begon hij in zijn huwelijksjaar met de verkoop van ‘kantoormachines’. Gaandeweg verkocht hij niet alleen kantoorartikelen, maar ook reclamemateriaal. Verder richtte hij kantoren in en adviseerde hij bedrijven over hun boekhouding. Zijn bedrijf kreeg vestigingen in Amsterdam, Den Haag, Rotterdam, Deventer, Zwolle, Arnhem en Soerabaja. Het was het verhaal van de krantenjongen die miljonair werd.

Man met mening
Louis Fles was een man met een mening.
Louis Fles was een man met een mening. En die mocht hij graag uiten via brochures en ingezonden brieven. Hij was een ongemakkelijke man, voor zijn opponenten en voor zijn gezinsleden. Maar ook een man met een vooruitziende blik. Dat bleek met name toen hij in 1933, in hetzelfde jaar dat Hitler de macht greep in Duitsland, de brochure Hitler, hervormer of misdadiger? uitgaf. De door de Nederlandse overheid als ‘bevriend staatshoofd’ betitelde Führer was volgens Fles een niets en niemand ontziende dictator.
In zijn voorwoord vatte Fles – onder de schuilnaam Dr. W. Bottema C.Az. – zijn conclusie over nazi-Duitsland samen: ‘Er is niets op de wereld, dat bij de gansche menschheid zooveel deernis, afschuw en weerzin verwekt als de gruwelen en de gewelddadigheden, die daar dagelijks bedreven worden.’ Al in het eerste hoofdstuk deed hij een voorspelling: ‘Het uitgangspunt van Hitler’s optreden is, naar hij zelf verklaart, de vernietiging van het socialisme en van de joden.’ En een paar pagina’s verderop: ‘Hitler beweert, dat het zijn ideaal is en daarvoor vraagt hij de medewerking van het geheele Duitsche volk, om het joodsche “ras” totaal te vernietigen.’

‘Gasheer’
‘Men zou hem eerder een gasheer kunnen noemen.’
Enfin, zo gaat het door, bijna negentig pagina’s lang. Fles voorspelde de overname van bedrijven met (deels) joodse eigenaars indien de nazi’s Nederland zouden bezetten. Hij schreef over marteling van en moord op politieke opponenten. Zonder zich daarvan bewust te zijn refereerde hij zelfs aan de latere gaskamers in de concentratie- en vernietigingskampen: ‘Nu weet men dus, wat men van dezen gastheer heeft te verwachten; men zou hem eerder een gasheer kunnen noemen, die een deel van zijn eigen staatsburgers op een hoop drijft, om dezen zoo spoedig en zoo radicaal mogelijk met gas te vergiftigen.’
Jan Duijs
Had Louis Fles een glazen bol? Het zou nog jaren duren voor de nazi’s begonnen met het vergassen van overbodig geachte mensen, maar hij beschreef in 1933 al de dystopie-in-wording. Dat Nederland buiten schot zou blijven achtte Fles onwaarschijnlijk. Daarbij beriep hij zich onder meer op de Zaandamse SDAP-parlementariër Jan Duijs (die zich overigens een paar jaar later zou bekeren tot het fascisme): ‘Ook in de bekende brochure Ter Oriënteering, van Mr. J.E.W. Duys, staat geschreven, dat een inval in ons land door de Hitlerbende volstrekt niet denkbeeldig is.’ Fles haalde Hitler aan, waar die schreef een verbond met Rusland te willen sluiten (wat in 1939 daadwerkelijk gebeurde; het Molotov-Ribbentroppact). ‘Zijn optreden moet onvermijdelijk tot oorlog leiden.’

‘Van-dik-hout’
‘Een van-dik-hout-zaagt-men-planken-stijl, die alle perken van fatsoen te buiten gaan.’
Fles was zijn tijd ver vooruit. Dat bleek ook wel uit de reacties op zijn brochure. Velen namen de inhoud totaal niet serieus. Sommige dagbladen staken er de draad mee. Zoals bijvoorbeeld de Nieuwe Tilburgsche Courant. ‘Volgens dr. Bottema deugt er nu letterlijk geen stuk van Hitler of zijn nationaal socialisme en hij vertelt dit in een van-dik-hout-zaagt-men-planken-stijl, die alle perken van fatsoen te buiten gaan’, aldus de anonieme recensent. Fles’ ‘werkje’ zou zijn ingegeven ‘door een driedubbelen haat en waarvan de inhoud nog des te walgelijker wordt als men in het voorwoord leest, dat de schrijver nog min of meer de pretentie heeft objectieve voorlichting te geven. Het boekje zal zijn doel vierkant voorbij schieten daar geen verstandig mensch het “au sérieux” kan nemen. Men verknoeie er echter zijn tijd maar niet aan.’

‘Kinderachtig’
Dagblad De Morgen serveerde de publicatie ook af: ‘Een in opwinding geschreven boekje, dat allerlei controleerbare en oncontroleerbare citaten opdient, om maar te bewijzen dat Hitler en zijn Nazi’s vulgaire misdadigers en bedriegers zijn. Dit is zeker niet de methode, om de Duitsche revolutie van 1933 in haar beteekenis en waarde (of onwaarde) te bestudeeren.’
De Gooi- en Eemlander: ‘Meer vurigheid dan scherpzinnigheid.’ En dan De Nederlander. Verslaggever ‘De R.’ viel maar meteen met de deur in huis: ‘Ik houd niet van dergelijke schrifturen. Op bijna elke pagina worden wij vergast op scheldpartijen tegen Hitler, die sterk de indruk wekken, dat de auteur van het geschrift zijn woede niet beheerschen kan.’ Het was ‘kinderachtig’, het was ‘opgewonden’ en Fles ‘bombardeert ons met nieuwtjes, die we veelal reeds kennen.’ Waarna De R. een retorische vraag stelde: ‘Als die nieuwtjes nu eens ònjuist blijken te zijn, wat blijft er dan van de commentaren over?’
‘Meer vurigheid dan scherpzinnigheid.’
Joodse media
Een deel van de linkse en met name de joodse media reageerden wel enthousiast op Hitler, hervormer of misdadiger?. Zo scheef het Centraal Blad voor Israëlieten in Nederland: ‘Het typeert op rake wijze de lieden, die thans daar het bewind voeren en als men het boekje gelezen heeft, dan moet men zich wel afvragen “hoe kunnen zichzelf respecteerende Staatslieden met zulke regeerders, zelfs het geringste contact onderhouden”! Een boekje waard, in wijden kring te worden gelezen.’ En het Nieuw Israëlietisch Weekblad meldde instemmend: ‘Het doet den lezer aangenaam aan, dat er ook in Nederland nog iemand is, die den moed heeft een kat een kat en een booswicht een booswicht te noemen. (…) En daarom moet ieder[e] Nederlander het boekje lezen.’

Zelfdoding
Dat laatste gebeurde niet. Hitler, hervormer of misdadiger? beleefde nog wel een tweede druk, maar daar bleef het bij. Louis Fles behoorde tot de weinigen die Adolf Hitler niet onderschatten en erop wezen dat hij zijn woorden zou omzetten in daden. Vreemd genoeg verbond hij daaraan niet de conclusie om tijdig Nederland te verlaten. Hij kon het makkelijk betalen. Zijn zoon Barthold woonde bovendien al in New York en kon hem daar wegwijs maken. Toen de Duitsers op 10 mei 1940 de Nederlandse grens overtrokken, was het te laat. Fles wist dat hij een doelwit was van de nazi’s, als felle tegenstander en als jood. Hij besloot om gif in te nemen en overleed op 24 mei in een Amsterdams ziekenhuis. Zijn weduwe Céline deed in 1942 hetzelfde toen Nederlandse politieagenten haar kwamen ophalen voor een enkele reis naar kamp Westerbork.

Duk en De Winter
Dergelijke journalistiek is van alle tijden.
Telegraaf-journalist Wierd Duk mag graag de praktijken van dictator Poetin vergoelijken. Leon de Winter praat in diezelfde krant de strapatsen van Trump recht. Het zijn twee bijna willekeurige voorbeelden uit vele. Dergelijke journalistiek is van alle tijden en wordt gebezigd door tal van verslaggevers.
De beoordeling wie er fungeert als de Louis Fles van nu laat ik graag aan u over.
Hitler, hervormer of misdadiger? is hier in zijn geheel te lezen.
2 gedachten over “De voorspellende gaven van Hitlerbestrijder Louis Fles”
Goed stuk alleen dat aanhangsel over Duk en De Winter is mijn inziens ongepast
Dan kunnen we de hele persoonlijke voorkeur of tegenstand van de schrijver op gaan noemen
Houdt het bij WO2 in de Zaanstreek
Dank voor het compliment. En wat de kritiek betreft: de geschiedenis herhaalt zich niet, maar rijmt soms wel. En Duk en De Winter zijn bij uitstek goede rijmpjesmakers. Een enkele keer kan het mijns inziens geen kwaad om daar op te wijzen.