Verhalen over de Tweede Wereldoorlog

De vele mythes rond Hannie Schaft

De bedenker van de in oktober 2015 in première gegane musical over Hannie Schaft liet de Volkskrant optekenen dat hij zich in het eindproduct enkele vrijheden zou veroorloven. De harde waarheid was blijkbaar niet voldoende om de zang-en-dansproductie aan te kleden.

Hoe vrij de makers zich voelden om de geschiedenis te verbuigen bleek al uit een citaat dat hoofdrolspeler Jim Bakkum eind augustus 2015 aan het Noordhollands Dagblad kado deed: “Ik speel Hugo, een medeverzetsstrijder die in het echt Jan Bonekamp heette. Hannie Schaft en hij hadden in de oorlog een fling, maar ze besloten tot de bevrijding te wachten. Toen was het te laat, want ze werden beiden gefusilleerd.” Hoewel Bakkum er op is geattendeerd dat hij in twee zinnen twee historische fouten maakte (De ‘fling’ werd al tijdens de oorlog in daden omgezet en Jan Bonekamp is niet gefusilleerd), herhaalde hij de onzin een maand later op de website Musicalnieuws.

‘Ik schiet beter’

Er zingen meer sprookjes rond over het Haarlemse verzetsicoon. Haar laatste woorden zouden zijn geweest: “Ik schiet beter”, in reactie op de eerste, mislukte executiepoging door Mattheus Schmitz (zijn pistool functioneerde niet naar behoren). Dit verzinsel is de wereld in geholpen door Theun de Vries, via zijn boek Het meisje met het rode haar. Zelfs het Amsterdamse Verzetsmuseum en de Hannie Schaft Stichting hielden vast aan dit gedramatiseerde heldenbeeld, alsof de werkelijkheid al niet aangrijpend genoeg was. Het slaat overigens wel aan. Musical-auteur Allard Blom in de Noord-Hollandse kranten van begin oktober 2015: “Dat zei ze toen echt.”

De Hannie Schaft Stichting heeft op haar site zelfs het bericht staan dat Hannie ‘Ik schiet beter’ tegen Willy Lages zou hebben geroepen. Deze SS-Sturmbannführer was echter niet aanwezig op het moment suprême. Wie in de archieven duikt, ziet dat Hannies heldhaftige woorden sowieso nergens zijn terug te vinden. Geen van de drie mannen die getuige waren van haar gewelddadige dood (politierechercheur Maarten Kuiper, Kriminalsekretär Mattheus Schmitz en een niet bij naam genoemde Gefreiter) hebben tijdens of na de oorlog een verklaring afgelegd waarin Hannies famous last words worden bevestigd. Integendeel. Maarten Kuiper vertelde tijdens een verhoor in 1946: “Ten tijde dat ik met haar [Hannie] liep te praten, hoorde ik plotseling een schot afgaan, waarop het meisje een kreet liet horen: au. Zij stond nog te sidderen. En daar ik meende dat het schot niet juist was geplaatst, plaatste ik mijn machinepistool op haar linker schouder en gaf een vuurstoot, waarop zij onmiddellijk in elkaar zakte.”

Rode haar

Op de site van de Hannie Schaft Stichting wordt ook het, eveneens veelvuldig aangehaalde, beeld geschetst van een boven Hannies geïmproviseerde duingraf uitstekende dot rood haar: “De Gefreiter en Kuijper [sic] groeven een gat, waar ze het lichaam van Jannetje Johanna Schaft inwierpen. Vervolgens overdekten ze dit met zand. Het ging echter zo haastig dat er een pluk van het lange rode haar van Hannie boven het zand bleef uitsteken.” Het is een mooi symbool, terug te vinden in Ton Kors’ biografie van Hannie Schaft, maar ook hiervan is niets terug te bespeuren in de primaire bronnen.

Hannie Schaft als slachtoffer van de Velser affaire, de talloze theorieën over haar betrokkenheid bij de dood van de foute Zaandamse politiechef Ragut; haar geschiedenis heeft al die fictie niet nodig. Ook met de waarheid en de bekende feiten valt een boek te vullen. En dat hoeft geen afbreuk te doen aan haar heldhaftige reputatie.

Geromantiseerd

Over Hannie Schafts weinige jaren zijn inmiddels twee boeken verschenen. Theun de Vries’ Het meisje met het rode haar is een geromantiseerd levensverhaal. De Vries is er, na overleg met toenmalig CPN-Kamerlid Marcus Bakker, onder meer verantwoordelijk voor dat de liefdesrelatie tussen Hannie en haar strijdmakker Jan Bonekamp onbeschreven bleef. Dat benoemen zou te pijnlijk zijn voor de familie Bonekamp, want Jan was ten tijde van zijn relatie met Hannie gehuwd. Ook verder wankelt het boek van Theun de Vries constant tussen feit en fictie en is het daardoor een onbetrouwbare bron.

De biografie Hannie Schaft. Het levensverhaal van een vrouw in het verzet tegen de nazi’s geeft een veel realistischer beeld van de Haarlemse, maar is eveneens incompleet en een enkele keer onjuist. Auteur Ton Kors beschikte bovendien, toen hij in de jaren ’70 onderzoek deed, niet over allerlei archieven die inmiddels wel beschikbaar zijn. Zijn boek verscheen eind 2015 overigens als herdruk.

Hannie Schaft

Waardeer dit artikel!

Als je dit artikel waardeert en dit wilt laten blijken met een kleine bijdrage: dat kan! Zo help je onafhankelijke journalistiek in stand te houden.

ValutaBedrag





5 gedachten over “De vele mythes rond Hannie Schaft”

  1. VERZONNEN VERHAAL VAN TRUUS OVERSTEEGEN BEDOELD OM DE MYTHE ROND HANNIE SCHAFT TE VERSTERKEN
    Nog een mythe die niet op waarheid is berust en die telkens weer hardnekkig door diverse media en organisaties in stand wordt gehouden is de bewering van verzetsvrouw Truus Menger-Oversteegen dat zij samen met Hannie Schaft (op 25 oktober 1944) op de Westergracht te Haarlem is geweest om de collaborerende foute politieman Fake Krist te liquideren. Dit verhaal staat in haar boek ‘Toen niet, Nu niet, Nooit’ beschreven. Daarin schrijft zij op blz. 158 onderaan: ‘We fietsten Christ en zijn bewaker Knor – die naam had Freddie bedacht – tegemoet.’ Daar zit al een verzinsel in, want haar zus Freddie heeft de naam Knor helemaal niet bedacht. Die man heette werkelijk zo, zoals ook in het proces-verbaal van de aanslag is te lezen. Het verhaal is na de oorlog door Truus Oversteegen verzonnen en werd al in brede kring betwijfeld, omdat leden van de Politie-Knokploeg (die daar op de uitkijk hebben gestaan om de liquidatie van Krist soepel te laten verlopen) later hebben verklaard dat ze in de omgeving van de plaats delict niemand hebben gezien. Dus ook geen fietsende Truus Oversteegen en Hannie Schaft (met pistolen in de hand). Aangezien ik ook beschik over het proces-verbaal van de liquidatie van Fake Krist (opgemaakt door mijn oudoom, rechercheur Henk Spee) heb ik dat onderzocht. Ik kan met stellige zekerheid melden dat Truus Menger-Oversteegen met de vele ongerijmdheden in haar verhaal zelf heeft aangetoond dat zij op die bewuste ochtend sowieso NIET met Hannie Schaft op de Westergracht kan zijn/is geweest om Fake Krist te liquideren. Hierover heb ik op 4 april 2019 mijn onderzoeksrapport afgerond.

    Een sterk fantasieverhaal verzinnen, daar is op zich niets verkeerd aan. Maar als dit verzonnen verhaal klakkeloos wordt overgenomen door diverse media en organisaties en daardoor de (online) geschiedenisboeken in gaat, dan is hier sprake van het bewust plegen van geschiedsvervalsing. Ik weet heel zeker dat Hannie Schaft hier geen enkel aandeel in gehad zou willen hebben en dat haar nagedachtenis hier dan ook niet mee gediend is.

    Voor geïnteresseerden is hier de link naar het rapport:

    ONDERZOEKSRAPPORT – De vermeende aanwezigheid van Truus Oversteegen en Hannie Schaft bij de liquidatie van Fake Krist – Haarlem, Westergracht, 25 oktober 1944
    https://issuu.com/bonili-a-sam/docs/onderzoeksrapport_-_de_vermeende_aa

    Beantwoorden
  2. Helaas werkt de link naar het “ONDERZOEKSRAPPORT – De vermeende aanwezigheid van Truus Oversteegen en Hannie Schaft bij de liquidatie van Fake Krist – Haarlem, Westergracht, 25 oktober 1944” niet (meer). Kan daar iets aan worden gedaan?

    Beantwoorden
  3. LS. De bronnen aangaande de executie spreken elkaar tegen; patholoog Nilant, schrijft in het autopsierapport d.d. 1 juni 1945, dat Hannie door twee kogels van korte afstand in het achterhoofd is getroffen, aan de voorzijde van de schedel bevonden zich twee uitschot openingen. Er wordt gesproken over twee verschillende kalibers, opmerkelijk als we in de verklaring van Kuiper d.d. 13 augustus 1947, lezen dat Kuipers, na het schot van Schmidt met een kaliber 9mm FN pistool, een korte vuurstoot boven haar linkerschouder geeft met zijn stengun kaliber 9mm. Wanneer ik op sommige sites lees “Het proces verbaal van het verhoor van Maarten Kuiper bevestigt de bevindingen in het autopsierapport.” Dan spreekt het bovenstaande dit juist tegen. Benieuwd naar reacties.

    Beantwoorden
    • Intrigerend; op Maarten Kuipers’ proces verbaal staat inderdaad dat het wapen blokkeerde omdat er een 7,65 mm patroon in plaats van een 9 mm patroon in het wapen zat.

      Aangenomen dat het een FN 1910/22 pistool (De FN Browning 1922 of FN Browning 1910/22 – Nederlandse naam: Browning M.25) van de Nederlandse of Duitse Politie / Leger was zou dat wellicht nog andersom geweest kunnen zijn? Deze wapens werden namelijk in beide kalibers gebruikt.

      Als het een 7.65mm is geweest dan verklaard dat het schot met het kleine kaliber en ook de blokkering door een groter kaliber (9mm). Kuiper refereert in zijn proces verbaal naar zijn Stengun (ik neem aan van een verzetsvoorraad ontnomen) en deze wapens zijn sowieso 9mm, dus verklaren het dodelijke tweede schot.

      Beantwoorden

Laat een antwoord achter aan B. Li-A-Sam Reactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.