De Zaanstreek bleef tussen 1940 en 1945 gespaard voor grootschalige bombardementen. Het aantal slachtoffers door projectielen was daardoor beperkt, al bleef de regio niet schadevrij. De dodelijkste afworp vond in de nacht van 1 maart 1941 plaats boven Koog aan de Zaan.
Zes doden
Was het een navigatiefout van een geallieerde bommenwerper? Een noodafworp van een RAF-toestel? Nog altijd is niet bekend uit welk vliegtuig de bom kwam die in de Koogse Jan Bestevaerstraat een handvol mensen doodde. Tijdens de Tweede Wereldoorlog vielen er nooit zoveel slachtoffers als gevolg van een afworp te betreuren als in de nacht van 28 februari op 1 maart 1941. In totaal verloren als gevolg van deze ene bom zes mensen het leven: drie mannen, twee vrouwen en een jongen. Daarnaast waren er vier gewonden.

Acht dagen na het drama maakte de politiechef van Koog aan de Zaan een gedetailleerd rapport op over de gebeurtenissen in en rond de Jan Bestevaerstraat. Ik heb het in zijn geheel hieronder geplaatst en aangevuld met foto’s van het Gemeentearchief Zaanstad die in de uren en dagen na het dodelijke ongeluk zijn gemaakt.
Politierapport
‘In de nacht van vrijdag 28 februari op zaterdag 1 maart 1941 omstreeks 12.15 uur werd door de politie, welke deze nacht dienst deed, gehoord dat een vliegtuig boven deze gemeente was. Onmiddellijk daarna werd een zware slag gehoord en vermoed werd dat deze slag van een bom was welke in de nabijheid moest zijn gevallen en zeer waarschijnlijk in de gemeente alhier. Daar op hetzelfde ogenblik niet bekend was alwaar deze bom gevallen zou zijn, en hierover geen telefonisch bericht binnenkwam, werd de Hoofdpost opgebeld, doch deze gaf geen gehoor; vermoedelijk dat deze steeds was bezet door personen die aldaar inlichtingen vroegen.
‘Om niet in onzekerheid te blijven en de tijd kostbaar was, zijn de aan het bureau aanwezige personen de straat opgegaan om te zien alwaar de bom was gevallen.’
Om niet in onzekerheid te blijven en de tijd kostbaar was, zijn de aan het bureau aanwezige personen de straat opgegaan om te zien alwaar de bom was gevallen. Vermoed werd dat dit dichtbij was, en gemeend in de richting Bloemwijk, alwaar zij zich heen begaven tot de Dahliastraat, alwaar niets te zien was. Door een der bewoners werd aldaar ook gemeend dat het wel in die buurt moest zijn, doch niets vindende zijn zij de richting Noord gegaan en werd hun door een persoon (onbekend wie) [gezegd] dat de bom op de Jan Bestevaerstraat was gevallen. Onmiddellijk zijn zij daar heen gegaan.

Opruimingsdienst
In die tussentijd was de agent van politie [Herm] Nijzink van huis gekomen en heeft zijn taak aan het bureau, alwaar de agent van politie V/d Berg wacht had, zorg gedragen dat enige ordonnansen werden gewaarschuwd om de nodige personen van de Geneeskundige Dienst op te roepen. Ondertussen was door V/d Berg de beide dokters alhier per telefoon met de ramp in kennis gesteld en tevens getracht de motorordonnans Van Heek per telefoon te bereiken, hetgeen niet het gewenste gevolg had, daar deze laatste de telefoon niet gehoord heeft. Onmiddellijk is Van Heek door de betrokken agent persoonlijk opgeroepen, waarna deze per motorrijwiel verschillende personen van de Geneeskundige Dienst heeft opgeroepen. Door Van den Berg was ik direct gewekt en heb onmiddellijk de nodige maatregelen genomen door twee agenten aan het bureau te laten voor de nodige verdere maatregelen te nemen. Ik heb mij direct naar de plaats der ramp begeven en onderwijl de heer Meijer laten waarschuwen voor de Opruimingsdienst.

‘Reeds als overleden’
Toen ik op de plaats der bominslag kwam, waren reeds een groot aantal personen van de verschillende hulpdiensten aanwezig en heb ik de straat laten afzetten om mogelijk onnodig publiek verwijderd te houden. Allereerst heb ik zoveel mogelijk een onderzoek laten instellen hoeveel personen uit de getroffen percelen vermist werden. Al spoedig was vastgesteld dat een negental personen door deze ramp waren getroffen. Door de Geneeskundige Dienst werden reeds de gewonde personen behandeld, terwijl een persoon (de vrouw van W.[illem] Bron) al reeds als overleden werd gevonden. Als vaststaand werd vermoed dat een drietal personen (man, vrouw en zoon) van de familie H. Bakker vermist werden en onder het puin van hun geheel ingestorte woning moesten liggen. Daar in de puinhoop was ook nog een begin van brand te vrezen, waarvoor de reeds aanwezige brandweer haar maatregelen nam, en de opgeroepen Opruimingsdienst haar werk begon. Hierbij bleek bij de opruiming dat de drie vermiste personen van Bakker onder het puin bedolven lagen en levenloos hieronder zijn weggehaald.

Sportstraat
Omreden voldoende geneeskundige hulp en ook andere diensten aanwezig waren, zijn door mij de hulppolitie, welke ruim voldoende aanwezig waren, orders gegeven om in de gemeente een onderzoek in te stellen naar mogelijke andere ongevallen, omreden vernomen was dat meerdere bommen waren gevallen. Uit dit onderzoek bleek dat op de Sportstraat een bom was gevallen en een op het tennisveld aan de Sportstraat. Hoewel hierbij ook een huis beschadigd was, bleken geen persoonlijke ongelukken te zijn voorgevallen. Daar vervolgens van de verschillende diensten voldoende personeel aanwezig was, heeft de afdeling politie zich overigens belast met bewaking van de getroffen percelen en de achtergebleven huisraden, om mogelijke diefstal te voorkomen.
‘De gewonden waren onderwijl naar na eerste behandeling naar het ziekenhuis overgebracht en de lijken van de overleden personen naar het lijkenhuis van Ons Verpleeghuis.’
De gewonden waren onderwijl naar na eerste behandeling naar het ziekenhuis overgebracht en de lijken van de overleden personen naar het lijkenhuis van Ons Verpleeghuis. (Geconstateerd werd dat 4 personen ter plaatse zijn dodelijk getroffen. De reeds drie genoemde personen van de familie Bakker en de vrouw van W. Bron, terwijl de zwaargewonde mej. [Alida] Zaal (Wed. Dekker) kort na aankomst in Ons Verpleeghuis overleed.)

Dichtgespijkerd
De getroffen huizen zijn door de politie bewaakt gedurende de volgende dag tijdens de opruiming en zoeken naar de lijken onder het puin, en vervolgens nog een 2-tal dagen, totdat de beschadigde waren voorzien (dichtgespijkerd) en de huisraden van de getroffen bewoners waren weggehaald. Deze dagen is de Jan Bestevaerstraat voor het publiek afgesloten geworden, waarvan van de diensten der Rijkspolitie is gebruikgemaakt. Waardevolle dingen, zoals geld en kleding van de overleden en gewonde personen, welke gevonden werden, heeft de politie onder zich genomen, en zal aan de betrokken eigenaars worden teruggegeven.

Vijf bommen
‘Zover uit de omstandigheden is na te gaan zijn zeer waarschijnlijk in deze gemeente 5 bommen gevallen en 1 op Zaandijk.’
Bij een nader ingesteld onderzoek in de gemeente is gebleken dat bij verschillende bewoners op diverse plaatsen scherven van bommen de ruiten hadden vernield. Ook waren op de Boschjesstraat voornamelijk veel ruiten stuk. Zover uit de omstandigheden is na te gaan zijn zeer waarschijnlijk in deze gemeente 5 bommen gevallen en 1 op Zaandijk (n.l. Jan Bestevaerstraat (1), Sportstraat (2), Weiland van Haremaker naast het Wandelpark (1), in de Zaan bij de Noorderbrug (1) en in de Zaan bij de Julianabrug (1), gemeente Zaandijk). Tijdens alle werkzaamheden door de diverse diensten der Luchtbescherming zijn geen ongevallen voorgekomen, en was de samenwerking tussen deze diensten zeer goed te noemen. Gemaakte vergissingen of niet geheel volgens systeem uitgevoerde handelingen zullen nader onder het oog worden gezien en zo nodig veranderd of verbeterd. Deze hebben evenwel op de gang van zaken en behandeling der slachtoffers gelukkig niet de minste nadelige invloed gehad.’
5 gedachten over “De bom op de Bestevaerstraat”
Mooi verhaal over de J.Bestevaerstraat.
Geboren op nr, 17. Eenoude woning met een toilethuisje buiten.
Me Vader Jan STadt getrouwd met Trien Langver.
Piet Stadt en geboren op 12 mei 1942.
Twee jaar later op 17 mei maakte ik het gezin compleet.
Hier is een mooie foto het bewijs van.Van Piet zijn er erg veel fotos.
Het fototoestel geruild voor eten.
Vijf jaar later werd er weer een zusje geboren,
Maar compleet was het nog nieter werd nog een jongen geboren.
Gerard Stadt. Als laatste toevoeging nog drie meisjes: Tiny Janny en Janet.
Respect voor me Vader die het niet makkelijk had.
Een vrouw met Huntington en zeven kinderen.
Me vader koos voor het zware werk in de Losse Koger Ploeg.
Later als 1e man heeft hij gezorgd dat de eerste mensen lid werden van de Bond
Bij KFC heeft hij veel gedaan de reis naar Denemarken had heel veel indruk gemaakt.
Nu weet ik wat vakantie is en dat gaan wij ook doen..
Ik werd 12 dagen na de bom geboren. Mijn moeder, kon niet slapen en zat die nacht te breien.
Ze vertelde altijd dat Bron op 1 maart jarig was. De man was een humorist. Hij had over de sloot grapjes gemaakt over zijn vrouw die zich mooi had latenn maken voor de andere kerels die hem zouden komen bezoeken. Ze was naar de kapper geweest.
Bron zelf verloor een been bij het bombardement. Ze verloren ook een zoontje. Die wordt hier niet genoemd. Hun dochter kwam met bed en al in de steeg terecht, het bed bleef hangen tussen twee muren. Zij had niets. Mijn veel oudere broers waren met de jol overgestoken en vonden Bron. Hij vroeg hoe laat het was. Toen bleek dat het na middernacht was, zei hij dat ze hem konden feliciteren. Hij vroeg ook iets van zijn been te halen, want daar lag volgens hem iets zwaars op. Mijn broers zagen toen al dat er van het been niets over was. Hij was later schoenmaker. Ik weet niet of hij dat ten tijde van het bombardement ook al was.
Ik kan het niemand meer vragen. Ik was een nakomertje. Mijn broers en zussen waren resp. 20, 18, 16 en 12 jaar ouder.
Ik had altijd begrepen dat in het houten huis naast Vas, die naast Bron woonde, stond, een groot gezin woonde en dat van dat gezin niemand meer in leven was, na de bom. Toen ik zeven was in 1948 vloog dat huis, kennelijk weer opgekalefaterd, in brand. Daar kan ik me ook de schrik en sensatie nog van herinneren.
Wijzelf woonden op de Boschjesstraat 16, Op een van de foto’s zie je dichtgetimmerde ramen. Wij hadden inderdaad veel glasschade. Mijn oudste broer kreeg een grote glasscherf plat op zijn gezicht.
Dank voor uw reactie. Mooie, aanvullende informatie over deze trieste gebeurtenis.
Ja, ik was wel geschrokken van het commentaar van de onderzoeker (politieagent) die het over een ‘handvol’ gewonden had. Alsof het niets was!
Misschien was het zoontje van Bron, eerst als gewonde geregistreerd. Hij leefde nl nog en was naar het verpleeghuis vervoerd. Hij had beide benen verloren volgens mijn moeder en overleefde het niet. Ik denk dat de familie Stadt in het houten huis woonde naast Vas. Zij hadden een groot gezin, maar later. Ik denk dat ik daardoor die associatie heb gelegd. Piet moet dan weten van de brand als hij nog leeft.
Ik bedoel Martha ipv Piet. Mijn broer Gerrit Nieuwenhuizen werkte ook in de losse Kogerploeg. Zij kregen hun opdrachten voor het lossen der schepen op de hoge brug, oftewel het café ernaast. Elke avond stond daar een ploegje mannen.
Ik vertrok in 1950 met mijn moeder en een nieuwe vader (vader, ook Gerrit, overleden in ’48) naar Alkmaar, mijn broers en zussen bleven aan de Zaan wonen. In 1953 keerden ook wij weer terug en gingen in Wormerveer wonen. Ik woon nu al dertig jaar in Portugal.