In 2019 overleed Bep Koeman op 103-jarige leeftijd. Ze behoorde tot de laatste generatie verzetsstrijders die konden getuigen van hun werk tegen het nazisme voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog. Kort voor haar dood sprak ik met deze weerbare Zaandamse.
Politieke vluchtelingen
Elisabeth Anna (‘Bep’) Westmijze (19-4-1915) was al vroeg politiek actief. Nog voor ze in 1937 met Gerrit Koeman trouwde, was ze lid van de Communistische Jeugdbond. Die organisatie hielp onder meer politieke vluchtelingen als de Duitse communist Alex Lüdke, die al in 1934 in Zaandam onderdak kreeg bij Beps ouders. Hij vertelde haar en Gerrit over de gruwelen in nazi-Duitsland.

Dubbeltjes en kwartjes
Ruim voordat Hitlers troepen Nederland binnenvielen was het echtpaar al gewaarschuwd.
Ruim voordat Hitlers troepen Nederland binnenvielen was het echtpaar dus al gewaarschuwd. ‘Toen de oorlog uitbrak, dachten we meteen: moeten we niet iets doen?’, zei Bep Koeman. ‘De eerste tijd gebeurde er nog niet zoveel, maar eind ’40, begin ’41 moesten de eerste mensen onderduiken. Ik ging in de wijk geld ophalen voor hun onderhoud. Ik ging langs bij andere communisten en ook bij SDAP’ers en bij christelijke mensen of andere mensen van wie je de namen had doorgekregen. Hier een dubbeltje, daar een kwartje.’

Februaristaking
‘Wij van het vrouwenverzet waren er al vanaf het begin bij. Anders dan de koeriersters die pas na Dolle Dinsdag werden gerekruteerd. Wij worden maar zelden genoemd, al waren we al vanaf ’41 actief.’ Tijdens de Februaristaking bijvoorbeeld, toen ze samen met andere seksegenoten in het geheim biljetten plakte. ‘Ik zat met drie andere vrouwen in een groepje en zo waren er allerlei groepjes. Die stonden steeds maar via één vrouw in contact met elkaar. Ze bleven zoveel mogelijk op zichzelf. Wat je niet wist, kon je niet verraden.’
Handgranaat
Op een gegeven moment leverde het verzet een voor haar echtgenoot bestemde handgranaat af in de Zaandamse D. Doniastraat, waar het echtpaar Koeman woonde. Bep verstopte het wapentuig zolang in de kast en dacht er vervolgens niet meer aan. Een tijdje later zei haar zoon Wim, op dat moment nog een kleuter: ‘Mama, je hebt je handgranaat nog niet gepakt.’
Bep Koeman: ‘Ik had van de legerjas van mijn man, die hem niet had ingeleverd, een pakje voor Wim gemaakt. Daarin gekleed kwam hij wel eens in contact met Duitse soldaten, die dat wel grappig vonden. Die Duitse soldaten trokken wel eens het veld in en gooiden dan handgranaten in de sloot, omdat ze dachten dat ze daarmee vis konden vangen. Wim ging dan wel eens mee, gezeten op de loop van de tank, en wist zodoende wat handgranaten waren.’ Haar zoon was noodgedwongen vroegwijs. ‘Hij voelde de spanning, hoor. Ik las hem elke avond voor. We woonden in een stille straat en alleen de Duitsers hadden auto’s. Als je buiten een auto hoorde, werd Wim bleek.’ “Komen ze papa halen?”, vroeg hij aan zijn moeder.

Gerard Maas
De arrestatiegolf die vlak daarna plaatsvond en met name de lokale CPN trof, had onder meer tot gevolg dat Gerrit Koeman moest onderduiken.
Toen in de herfst van 1943 hun Zaandamse partijgenoot Gerard Maas werd gearresteerd, gingen Bep en Gerrit Koeman meteen naar diens kamer om daar al het bezwarend materiaal weg te halen. Het was riskant; ze hadden opgepakt kunnen worden. Maas’ spullen verhuisden naar scheepswerf Kraaier, een plek waar het verzet regelmatig bijeenkwam. De arrestatiegolf die vlak daarna plaatsvond en met name de lokale CPN trof, had onder meer tot gevolg dat Gerrit moest onderduiken. Tijdens de hardhandige nazistische verhoren van hun arrestanten hadden de Duitsers zijn naam in handen gekregen. Het schuilhouden duurde overigens slechts twee weken, want Gerrit vond dat hij weer verder moest met De Waarheid.
Bep Koeman: ‘Eén keer heb ik echt gedacht: “Waar zijn we mee bezig?” Dat was toen er iemand van de waterpolitie was neergeschoten. Die waren meestal fout. “Ik ga even kijken of ie écht wel dood is, dat hij écht niet meer leeft!”, zei Wim. Maar hij heeft gelukkig niets aan de oorlog overgehouden.’ Zelf had ze geen last van angst, op één moment na. Ze had een stapel stamkaarten bij zich en moest die op de Zuiddijk bij Jaap Kraaier – van de scheepswerf – omruilen voor bonkaarten. Ze was bang dat zowel Kraaier als zijzelf zou worden gearresteerd. Het liep goed af, maar ze verliet wel zo snel mogelijk de Zuiddijk en dook met haar nieuwe bezit een zijpad in, de veiligheid tegemoet.
Echtpaar Vles
Het echtpaar Koeman bood ook hulp aan joodse onderduikers. Zo hadden Fred en Philippine Vles vlakbij een onderkomen gevonden, zij het dat daar onvoldoende voedsel was. Elke donderdag verlieten ze daarom hun relatief veilige behuizing. Bep Koeman: ‘Mijn man haalde ze ’s avonds op en bracht ze de volgende morgen vroeg weer terug. ’s Nachts sliepen ze bij mensen naast ons. Ik maakte op die donderdagen bijvoorbeeld aardappelen, groente en schijngehakt. En karnemelksepap. Achteraf hebben ze wel gezegd: “Het allerlekkerste dat we gegeten hebben was bij Bep in de hongerwinter. De hele week zeiden we: straks is het weer donderdag en kunnen we weer heerlijk onze maag vol eten.”’
‘Het allerlekkerste dat we gegeten hebben was bij Bep in de hongerwinter.’

Judicje Menco
Daar bleef het niet bij. Na Dolle Dinsdag kwam de 21-jarige Judicje (‘Judy’) Menco in huis bij de familie Koeman. Ze bivakkeerde eerder op hetzelfde adres als Fred en Philippine Vles. ‘Ze zat met dat echtpaar op één bovenkamertje en sliep daar op de vloer. Ons zoontje ging op de overloop slapen en zo konden we Judy een eigen kamertje geven. Dan kon ze zich tenminste af en toe terugtrekken.’ Judy Menco zou tot aan de bevrijding in de D. Doniastraat blijven en vervolgens herenigd worden met haar eveneens ondergedoken ouders en broer.

Stichting 1940-1945
Bep en Gerrit Koeman – hij was in de oorlog opgeklommen tot commandant bij de Raad van Verzet – ontsnapten enkele keren aan een arrestatie. Dat bleek eens te meer toen veertig jaar na de oorlog een oud document werd gevonden met daarop de namen van de Waterlanders en Zaankanters die destijds Duitse vluchtelingen hadden geholpen. Een ambtenaar had de lijst naar zijn superieuren in Den Haag moeten sturen, maar in plaats daarvan verstopte hij het bewijsmateriaal. Dankzij de late vondst kwam het echtpaar Koeman, decennia na de bevrijding, in aanmerking voor een pensioen van de Stichting 1940-1945. De oorlog had eens te meer een lange schaduw vooruit geworpen.
De oorlog had eens te meer een lange schaduw vooruit geworpen.

103 jaar
Bep Koeman-Westmijze overleed op 14 februari 2019 in haar woonplaats Zaandam, 103 jaar oud. Zou ze ooit geweten hebben dat enkele kamers verderop in het seniorencentrum waar ze haar laatste jaren verbleef een voormalig lid van de Sicherheitsdienst woonde?